In de eerste plaats is het voor een onderzoekende en een consciëntieus beoordelende beleggingsanalist natuurlijk een gruwel dat er in een dergelijke portefeuille 2 maal wordt 'afgevinkt': Een statische 'rule' bepaalt of een aandeel in de index blijft. Voorts bepaalt een minimum aantal punten of het aandeel de ESG-lat nog haalt. Afvinken is wat mij betreft een dier dat moet worden uitgebannen, tenzij AI er zodanig grip op krijgt dat het op serieus beoordelen lijkt.
Ten tweede, in een index, gebaseerd op marktkapitalisatie wordt het gewicht van een aandeel in de indexportefeuille groter naarmate de koers stijgt. En dat gecombineerd met het type aandelen dat beloond wordt voor een duurzaamheidsprestatie in het verleden. Dit is beleggen op de achteruitkijkspiegel pur sang.
De heer Stewart neemt terecht mee dat in verhouding tot de financiële gegevens er nog niet voldoende betrouwbare duurzaamheidsinformatie bestaat. Dan is het statisch vergelijken van aandelen natuurlijk nog moeizamer. Zeker als niet elke ESG beoordelaar een zelfde mening over duurzaam heeft! De Amerikaanse onderzoekster Margaret Stumpp adviseerde tijdens een interessant seminar eens om, naar het voorbeeld van FASB (dat accountantsgegevens beter vergelijkbaar maakt), gebruik te maken van SASB, het Sustainability Accounting Standards Board. Om, zoals zij illustreerde, bij verzekeraars niet hetzelfde aantal punten toe te kennen voor een rechtvaardige claims uitbetaling als voor de plaatsing van een groen dak op het verzekeringskantoor. Goed vergelijkbare beoordelingen zijn er helaas nog niet. Dat maakt het blind volgen van een index een beetje willekeurig.
Met duurzaam beleggen zijn we, met de hete adem van de klimaatakkoorden in de nek, in een stadium beland dat we de wereld actief naar een beter duurzaamheidsniveau kunnen helpen. Bovendien, en dat schrijft Stewart ook, verdien je, net als met traditioneel beleggen, geld met het anticiperen op veranderingen. Kopen van een duurzame status op zich levert geen geld op, alle informatie zit immers al in de koers. Ja, beursgenoteerde ondernemingen met het stempel duurzaam deden het in de afgelopen jaren gemiddeld beter. Maar ik denk dat dit een stijl kwestie is, zoals je ook kunt kiezen voor 'value', 'high dividend' en 'quality'. En, een bepaalde stijl kan erg duur worden. Anticiperen van verbeteringen op het gebied van ESG van beursgenoteerde ondernemingen die nú nog geen hoge ESG status hebben, vereist actieve inspanning maar levert mogelijk excess returns. Zo'n verandering in duurzaamheid lijkt me een valide risicofactor te worden, naast de risicofactoren 'value', 'size' en momentum'.
Tot slot, is het de bedoeling van de belegger om zijn geweten te sussen met passieve groene beleggingen? Dan mag het kennelijk wat kosten. Een passief ESG product kan goedkoper worden aangeboden dan actief ESG beheer. Maar die dubbele 'afvink' methode zal op termijn volgens mij veel geld en maatschappelijke effectiviteit laten liggen.
Ik denk dat veel beleggers beter voorgelicht moeten worden. Nu meent de duurzame indexbelegger dat zij of hij twee werelden (rendement en duurzaamheid) op een nette en een goedkope manier verenigt. Ik vraag me af of dat terecht is. Gelukkig zijn er al wel alternatieve oplossingen in de markt gekomen. Bijvoorbeeld 'enhanced' index beleggingen die passief en goedkoop combineren met een actieve bijdrage. Kijk daar dan eens naar.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten